Alles over oude wijn bewaren
Wie wat bewaart, die heeft wat. Mooie uitdrukking, maar in het geval van wijn is de vraag: WAT?
De meeste wijnen kun je het beste jong drinken. In feite is zo’n 95% van alle wijn bedoeld om binnen 2 tot 3 jaar te drinken. Maar er zijn verschillen én uitzonderingen. Afhankelijk van het type druif, het gebied, de wijnbereiding door de wijnboer etcetera.
Allereerst de uitzonderingen: wijnen die veel tannines bevatten (deze zijn te vinden in de schil, pitjes en steel en geven een droog, hard en bitter gevoel), kunnen goed ouderen. Hierdoor wordt oxidatie voorkomen en met het ouderen worden de tannines zachter. Druivenrassen met veel tannines zijn o.a. cabernet sauvignon (grand crus uit de Bordeaux kunnen tientallen jaren ouderen), nebbiolo (zoals de Barolo), tannat en syrah. Ook zoete witte wijn kan prima ouderen, vanwege de restsuikers die conserverend werken. Een 25-jarige Sauternes of Vouvray is puur genieten. Tip: ga nippen.
Er zijn dus ook verschillen. Voor het gemak een overzichtelijk, maar indicatief, lijstje met als basis de gebruikte druif:
- Cabernet sauvignon: 7-10 jaar
- Pinot Noir: 3-5 jaar
- Syrah/Shiraz: 3-5 jaar
- Merlot: 2-4 jaar
- Beaujolais: 1-2 jaar
- Zinfandel: 2-5 jaar
- Sangiovese: 2-4 jaar
- Chardonnay: 2-3 jaar
- Riesling: 3-5 jaar
- Sauvignon Blanc: 1-2 jaar
- Pinot Gris: 1-2 jaar
Zeker zo belangrijk is hoe je de wijn thuis gaat bewaren. Beschik je over een ouderwetse kelder: prijs jezelf gelukkig. Zo niet, ga dan op zoek naar de meest geschikte plek in huis. Zoek (en vind) een ruimte die donker is, trillingsvrij, beetje vochtig (of plaats een bak met water in de ruimte), een beetje koel en zonder penetrante luchtjes. Bijvoorbeeld een kast onder de trap, een oude (buffet)kast of een dressoir. Grote temperatuurschommelingen graag vermijden.
Bewaar de flessen liggend (dan kan de kurk niet uitdrogen). Flessen met een kunstkurk (what’s in the name) of schroefdop kunnen staand bewaard worden, maar dat neemt wel meer plaats in.